Chalet

Chalet

zondag 12 augustus 2012

Lavendelbosje vlechten

Een nuttig en leuk werkje dat ik graag in de vakantie doe is lavendelbosjes vlechten, of misschien kun je het beter weven noemen.
Ik zag de beschrijving ooit in een Frans tijdschrift staan, maar heb geen idee meer waar.
Misschien weet iedereen al hoe het moet, maar zo niet dan kun je deze beschrijving volgen.

Wat heb je nodig?
Lavendel, lint of kant om er doorheen te vlechten, eventueel een schaar, een snoeischaar, naaigaren en textiellijm.

Deze struik lavendel knip ik elke zomer half leeg!


Knip met een snoeischaar een oneven aantal bloeiende takjes van een lavendelstruik.

Om makkelijk te kunnen vlechten moet je verse lavendel gebruiken, droge takjes breken meteen af.
Ik neem meestal 13 of 15 takjes, of voor een extra stevig en dik bosje 22 takjes waarvan ik dan 11 groepjes van 2 maak.


Haal alle bladjes en zijtakjes van de lavendel af en laat de bloeiende top eraan.
Maak er een gelijkmatig bosje van.

Ik hou een dienblad op mijn schoot zodat ik alle losse bloemetjes en afgeknipte bloeiende takjes
na afloop in een zakje kan gieten om te gebruiken in lavendelzakjes of in schaaltjes.

Bindt met het naaigaren het bosje strak samen, vlak onder de bloemetjes.




Neem het lint en draai het begin strak om het naaigaren. Plak het met een drupje textiellijm eventueel vast.

De lijm is alleen om te zorgen dat het lint blijft zitten en je het bosje tussendoor even weg kan leggen zonder dat alles uit elkaar valt.





Knik de takjes één voor één vlak onder het lint om zodat ze over de bloemetjes heen komen en vorm een soort kooitje om de bloemetjes.








Begin vlak onder de knik te vlechten met het lint, 1 takje onder het lint, een takje erboven (of bij 22 takjes 2 op, 2 neer)







Trek het lint voorzichtig aan zodat het samen met de takjes een gesloten geheel vormt om de bloemetjes.

Probeer tijdens het weven de takjes gelijkmatig rond de bloemtjes te verdelen.





Blijf rondgaan tot alle bloemetjes door het lint en de takjes ingesloten zijn.

Je kunt de vorm van het bosje tijdens het vlechten een beetje bepalen door strakker of losser te weven.




Als er alleen nog takjes zijn  je het uiteinde van het lint af en trek je het er een keer strak omheen.







Het uiteinde eventueel weer met een drupje textiellijm vastzetten.








Een ander stuk lint op het uiteinde plakken en een strikje maken.






De uiteinden van de takjes met een snoeischaar gelijk knippen.

De bosjes blijven zeker 3 jaar lang geur afgeven. Als je niets meer ruikt kun je ze even knijpen en kneden en dan geuren ze weer volop.

Lekker in de linnenkast en daar ook nog goed tegen motten, maar gewoon ook overal leuk om neer te leggen en aan te ruiken.

1 opmerking: